
goed wonen en werken te Beaulieu
herbestemming van de beschermde site ‘Goed te Beaulieu’ tot een zorghoeve in Waregem
Goed te Beaulieu heeft alles in zich om sociale en ruimtelijke idealen waar te maken. Het is een plek waar alle bewoners en hun begeleiders graag wonen, werken en verblijven, en die tegelijkertijd aan bezoekers laat zien hoe we willen samenleven, met elkaar, met onze geschiedenis, met ons cultuurlandschap en met de natuur. De gerestaureerde en verbouwde bestaande gebouwen brengen de hoeve opnieuw tot leven. Bezoekers die voor het eerst de hoeve bezoeken betreden een bijzondere microkosmos en voelen dat meteen. Goed te Beaulieu is een fantastische plek waar ontspanning, recreatie, de beleving van landschap en erfgoed bij elkaar komen.
locatie: | Waregem |
wedstrijd: | 2024, open oproep |
opdrachtgever: | Stad Waregem |
adviseur restauratie: | architectenbureau Sabine Okkerse |
adviseur technieken: | Studieburo George |
adviseur stabiliteit: | LIME |
landschap: | Roosen Landscape |


Historisch beeld: het Goed the Beaulieu in de 19de eeuw, met achtvormige wal (Etienne Ducatteeuw)
De buitenkant van de hoeve oogt als een ineen gedoken, naar binnen gekeerde compositie van gelijkvormige daken. Aan de binnenkant bevindt zich een verrassend open, licht en overzichtelijk beschermd woon-, werk- en verblijfsgebied, met ruimte voor ontmoetingen en verblijf. Een perfecte setting voor een opnieuw bewoonde hoeve waar gemeenschapszin en samenwerken centraal staan.
Het grondplan van de hoeve is als sinds de middeleeuwen een ideaalmodel. Verschillende gebouwen met ieder een eigen karakter en functie, in een cirkel gerangschikt, rondom een overzichtelijk, alzijdig beschermd midden. De configuratie straalt saamhorigheid, veiligheid en geborgenheid uit.


Overzicht gehele site. De verschillende gebouwen doen denken aan een gemeenschap van individuele karakters en een heldere rolverdeling, afgestemd op ieders talenten, mogelijkheden en interesses. Hun gemeenschappelijk doel: zorgen voor elkaar en de productie van voedsel. De verschillende stappen van deze processen zijn helder en ervaarbaar. Ook bij de herbestemming blijven de rolverdelingen van de verschillende gebouwen en verschillende stappen van het productieproces zoveel mogelijk behouden en zichtbaar.

De herbestemming van de gebouwen volgt nauwgezet het karakter van de bestaande architectuur waarbij de oorspronkelijke functies van de verschillende gebouwen leidend zijn. Door het nieuwe gebruik zorgvuldig af te stemmen op de oorspronkelijke intenties en karakteristieken van de bestaande ruimtes kunnen de proporties van de meeste ruimtes, de bijzondere sfeer en vele herkenbare elementen behouden blijven.
Het voormalige woonhuis aan de noordzijde (nu ‘wagenhuis’ met paardenstal) krijgt opnieuw een invulling als woonhuis voor een leefgroep. Het bestaande woonhuis krijgt eveneens een ‘huiselijke’ bestemming, als plek voor rust, gezellig verblijf en ontspanning overdag.
De schuur en voormalige koeienstal behouden zowel binnen als buiten hun utilitair karakter en hun grote schuifpoorten. De schuur blijft met haar polyvalente invulling een veelzijdig werkgebouw. De koeienstal behoudt grotendeels zijn karakter en krijgt een bestemming als grote werkkeuken en plek voor dagbesteding. Het bestaande bakhuisje wordt gerestaureerd en opnieuw in werking gesteld.

De restauratie wordt zo zacht mogelijk aangepakt. Hierbij blijven verschillende littekens, tijdslagen en de gegroeide hiërarchieën van het historische ensemble in zijn huidige toestand bewaard en leesbaar. De naar het binnenterrein gekeerde gevels en daken blijven nagenoeg ongewijzigd.
De naar het landschap gekeerde gevels zijn voor bezoekers alleen van afstand zichtbaar. Hier zijn noodzakelijke aanpassingen aan de buitenschil van de gebouwen in functie van de herbestemming mogelijk.




Het nieuwe gebruik van de site leent zich uitstekend voor het opnieuw leesbaar maken van het karakter van de oude hoeve. Het gaat in de toekomst net als in het verleden om langzame landbouw, veel handwerk, kleinschalige productie en lokale gewassen. Dankzij de toepasselijke herbestemming en de ambities van de nieuwe gebruikers kan de oorspronkelijke landschappelijke figuur van een rondom omheinde hoeve en boomgaard in ere worden hersteld.
Langs de contouren van de gedempte oude grachten zal een plukbloemenstrook ingezaaid worden met een rand van eetbare hagen (struiken) met bessen en noten. Zo krijg je een uniform landschapsbeeld die de oude hoeve omarmt en waar het verleden en de toekomst hand in hand gaan.

Voor de positionering van de technische ruimtes maken we gebruik van deels bestaande, deels vernieuwde aanbouwen die door hun vorm en architecturale uitwerking ondergeschikt zijn aan de hoofdgebouwen en ooit om louter praktische redenen zijn toegevoegd. De aanbouwen vertellen een belangrijk verhaal over de pragmatiek waarmee er in het verleden werd omgegaan met noodzakelijke uitbreidingen die in dienst staan van de overige gebouwen.
We beschouwen ze als de ‘buitenboordmotoren’ voor de historische panden die ervoor zorgen dat de nieuwe technische installatie efficiënt kan worden ondergebracht en kan functioneren, zonder het historische karakter van de gebouwen zelf aan te tasten.


Het ontwerpvoorstel gaat uit van de kracht en de integriteit van de bestaande gebouwen. Zij vormen daarom de kern de herbestemming en tegelijkertijd de 'unique selling point' voor de toeristische ambities van het project. Tegelijkertijd is de hoeve als historisch ensemble zeer kwetsbaar en kan zelfs door beperkte aanpassingen fundamenteel in zijn waarde worden aangetast.
Als ontwerpers zagen we het als onze opgave om de noden van de gebouwen en die van de gebruikers in overeenstemming te brengen. Dat dit mogelijk zou zijn helemaal zonder zichtbare uitbreidingen was zowel voor onszelf als de jury een verrassing. Jammer genoeg paste het niet in het verwachtingspatroon van de opdrachtgever die uiteindelijk een plan met een grotere architecturale impact gaat realiseren.